Elektrische de Dieselpomp EP500-0 van graafwerktuigengine parts 12v

Van het Graafwerktuigengine parts eletric van motortoebehoren de Brandstofpomp EP500-0

Productendetail

Structurele kenmerken van brandstofpomp

De brandstofpomp is samengesteld uit een elektrische motor, een drukbeperker, en een controleklep. De elektrische motor werkt eigenlijk in de brandstof in de huisvesting van de oliepomp. De brandstof kan de brandstofmotor smeren en koelen. Omdat er niets in de huisvesting zijn die kan worden aangestoken, produceert het over het algemeen om het even wat niet. Gevaar; de controleklep is geïnstalleerd bij de olieafzet, en de drukbeperker wordt aan de drukkant van de huisvesting van de oliepomp met een passage gevestigd die tot de olieinham leiden. De ZYB-pomp van de ontstekings hulpbrandstof is geschikt om diesel, zware olie, overblijvende olie, stookolie en andere media, vooral te vervoeren geschikt voor de brandstofpomp van de brander die in de pomp van de weg en brugtechniek post mengen. Het is een ideaal product om ingevoerde producten te vervangen; gelijkaardig aan ammoniak, Vloeistoffen met hoge vluchtigheid of laag vlampunt, zoals benzeen, zijn niet geschikt voor vervoer.

Gemeenschappelijke fouten en het oplossen van problemen van benzinepompen

(1) de brandstofpomp roteert niet
Als de elektrische brandstofpomp niet werkt, betekent het dat de brandstofpomp of de kring defect zijn, en u kunt het volgens de volgende stappen controleren:
a. Controle of de machtsstop van de brandstofpomp los is en of de verbindende draad losgemaakt is. De methode is: sluit de stop van de brandstofpomp af, verbind het testlicht met de twee terminals van de stop, zet de draadschakelaar aan, als het testlicht is, het betekent dat het voedingvoltage normaal is, en de brandstofpomp is defect; als het testlicht weg is, betekent het de kring als er een fout is, zou het volgens het schakelschema moeten worden gezocht. [2]
b. Controleer de zekering, hoofdrelais, macht-van relais en hun verbindingen. U kunt de ontstekingsschakelaar uitzetten, de zekeringkastdekking openen op de linkerkant van het dashboard, de zekering van de brandstofpomp terugtrekken, en de draad verbinden aan een schakelaar met beide einden van de zekeringshouder. Het andere eind van de draad wordt verbonden met de positieve elektrode van de batterij, en de draadschakelaar wordt aangezet, Controle als u het geluid kunt horen van brandstofpomp het lopen. Als de brandstofpomp nog niet roteert, betekent het dat de zekering of het relais open zijn.
c. Als het na de bovengenoemde inspectie normaal is, maar de brandstofpomp roteert niet nog, kan het een probleem met de schakelaar van de brandstofpomp zijn. In het l-Type elektronisch gecontroleerde brandstofinjectiesysteem, wordt de schakelaar van de brandstofpomp gevestigd in de meter van de luchtstroom. Naast wordt gecontroleerd door de ontstekingsschakelaar, wordt de elektrische brandstofpomp ook gecontroleerd door de meter van de luchtstroom. Slechts wanneer de motor is begonnen en er luchtstroom in de meter is van de luchtstroom wanneer de elektrische brandstofpomp kan werken. Daarom wanneer het controleren van de brandstofpomp van het l-Type elektronisch gecontroleerde brandstofinjectiesysteem, zou de de controleschakelaar van de brandstofpomp in de controlekring moeten worden gedrukt. [2]
2. De brandstofpomp kan roteren maar levert geen olie
De belangrijkste redenen waarom de brandstofpomp maar olie rotere kan niet leveren zijn:
a. De filter van de brandstofinham van de brandstofpomp wordt geblokkeerd. Neem de brandstofpomp van de brandstoftank en controleer het. Men kan zien dat de drie filterschermen van de brandstofpomp bijna door zwarte poederachtige onzuiverheden worden geblokkeerd. Zet het in benzine om het schoon te maken, en gebruik dan samengeperste lucht om de filter en oliepassages weg te blazen, en los dan problemen op.
b. De de controleklep van de brandstofpomp is geplakt in de gesloten positie, wordt de brandstofinham geblokkeerd, en de gepompte brandstof kan niet de pijp van de brandstoflevering ingaan.
c. De lente van de drukafblaasklep (of veiligheidsklep) is gebroken, is de klep geplakt in de open positie, en de gepompte brandstofstromen terug naar de brandstoftank door de drukafblaasklep (of veiligheidsklep).
d. De drijvende kracht van de brandstofpomp en het pompomhulsel worden streng gedragen. In dit geval, vervang slechts de brandstofpomp. [2]
3. De druk van de pompolie is te laag
Als de oliedruk te laag is, zal het brandstofinjectievolume van de injecteur worden verminderd, resulterend in moeilijkheid in de aanvang van de motor en een daling van macht. De oordeelmethode is: verbind een maat van de oliedruk met de oliekring om de motorsnelheid bij 3 000 r/min. te stabiliseren. Als de wijzer van de maat van de oliedruk snel tussen kPa 220 en 300 slingert, wijst het erop dat de druk van de brandstofpomp normaal is; De wijzer van de drukmaat houdt lichtjes bij een bepaalde positie op erop wijzen, die dat de brandstofpomp uitgeput heeft geraakt. U kunt de drukmaat ook gebruiken om de druk van de brandstoflevering van de brandstofpomp te testen door de slang van de brandstofterugkeer van de brandstofdrukregelaar met uw handen te drukken. Als de brandstofdruk op dit ogenblik nog te laag is, betekent het dat de brandstofpomp genoeg niet levert. De brandstofpomp zou moeten worden vervangen als de drukafblaasklep (of van de veiligheidsklep) lekken, de filter van de brandstofinham wordt geblokkeerd, worden de drijvende kracht en het pompomhulsel gedragen, enz. als de brandstofdruk tot kPa kan toenemen meer dan 300 na het knijpen van de terugkeerpijp, betekent het dat het geen fout van de brandstofpomp is, zou de brandstofdrukregelaar schade moeten worden gecontroleerd.

Verpakking